Zoutmijn - Wieliczka
entree van de zoutmijn
Een kleine 1000 jaar geleden (1044) werd er begonnen met het delven van zout in de mijnen van het dorpje Wielickza, net ten zuidoosten van Krakau.
In de vele eeuwen daarna (tot 1992) resulteerde het uitgraven tot een gangenstelsel van zo’n 300 kilometer.
2,5 kilometer hiervan is geopend voor het toerisme, waarbij je tot op een diepte van 130 meter onder de grond gaat.
Naar beneden is het trappen lopen, terug naar boven ga je met een ijzingwekkend kleine liftje waarin 8 mensen worden gepropt.
er is enorm veel aandacht geschonken aan het stutwerk.
Beneden in de mijn zijn allerlei zalen gecreëerd waarin beeldhouwwerk is geëxposeerd. Veel ervan is gemaakt door de mijnwerkers zelf, andere delen door beeldhouwers. Maar wat zeker is: alles is uit zout gebeiteld!
Kammer Janowice: door mijnwerker Mieczyslaw Kluzek,
eerste zaal op 63,8 m diepte.
voorstelling: ontdekking van de zoutmijn.
de legende verhaalt van de koningsdochter Kinga die haar verlovingsring in een zoutmijn had geworpen. Op wonder-baarlijke wijze is die ring uiteindelijk teruggevonden in Wielickza. Bij de vondst van de ring werd tevens de zoutmijn ontdekt. Dit verhaal is hier uitgebeeld, inclusief computergestuurde belichting en muziekspel.
Kammer Janowice
Kapel van de H. Antonius
Kapel van de H. Antonius: door diverse mijnwerkers
op 63,8 m diepte.
Het werken op grote dieptes onder de grond bracht gevaar met zich mee. Daarom wilden de mijnwerkers een kerk onder de grond waar men vóór het werk een mis kon vieren.
Op deze foto zien we beelden van de heiligen Franciscus, Dominicus, Paulus en Petrus.
Ook staat er een uit zout bestaande kansel (preekstoel).
De eerste honderden jaren kon men bij de zoutwinning niet buiten de krachten en inzet van mens en dier.
In tredmolens werden door mensenkracht of pk's raderen in werking gezet om zo
bakken en manden met gewonnen zout naar boven te krijgen.
Kapel van de H. Klinga:
bovenste deel op 91,6 m diepte
onderste zaal op 101,4 m diepte
Deze onderaardse kerk is 54 m. lang, 15 tot 18 m. breed en kent een hoogte van 10 tot 12 m.
Aan de wanden prachtige tableaus, beelden en een altaar, alles maar dan ook alles geheel uit zout gemaakt.
God de vader, Maria met kind
De vlucht naar Egypte
Het laatste avondmaal
de bruiloft te Kanaän
Het pauselijk kruis
Paus Johannes Paulus II (K. Wojtyla)
wandelend door de zoutgangen tot op 130 meter diepte